'Wij komen uit Rusland, een land waar archieven vaak gesloten blijven, met als gevolg dat mensen van alles wijs gemaakt kan worden over de geschiedenis.'
Het kunstenaarsduo Marta Volkova en Slava Shevelenko speelt een geraffineerd spel met waarheid en mythe. The Transsylvania Archive gaat over een geheim KGB-archief dat een paar jaar geleden werd ontdekt. Op ingenieuze wijze worden thema's zoals de relatie van kunstenaars tot de macht, de angst voor de vreemdeling en de betekenis van een archief met elkaar verweven.
Kunnen jullie iets vertellen over het ontstaan van The Transsylvania Archive?
Slava Shevelenko: Het startpunt was het archief van Het Nieuwe Instituut, dat heeft ons geïnspireerd om een verhaal rond een archief te ontwikkelen. Het gaat in onze projecten altijd over de ruimte tussen mythologie en werkelijkheid. Dit werk gaat over een tot nu toe geheim archief, dat een paar jaar geleden toevallig werd ontdekt in een voormalig KGB-gebouw tijdens een overstroming in Roemenië.
Marta Volkova: Dat is echt gebeurd!
SS: Uit het archief blijkt dat de Russische geheime dienst tientallen jaren in Transsylvanië (op Roemeens grondgebied) onderzoek gedaan heeft naar de Yeti, in Nederland bekend als de verschrikkelijke sneeuwman.
MV: Dat is gedeeltelijk waar. Het is waar dat de KGB onderzoek deed in de Oostbloklanden.
SS: De KGB blijkt te hebben gejaagd op de Yeti, net zolang tot deze helemaal uitgeroeid was. Uit het archief blijkt dat de Yeti een mens is; hij is alleen anders en vooral groter dan wij. In het archief bevinden zich ook ledematen en een vel, met een kop en poten eraan. Zoals de berenvellen die jagers prepareren als trofee. Deze Yeti-delen werden als relatiegeschenk aangeboden aan partijleiders. Yeti's zouden namelijk een helende kracht bezitten.
Zit er in de bestaande mythen over de Yeti iets over een helende kracht?
MV: Nee! (lacht)
SS: En de figuur van de Yeti is ook niet verbonden met Transsylvanië. Maar het is een romantische, tot de verbeelding sprekende streek, met oude mythen die als inspiratie hebben gediend voor figuren als Frankenstein en Dracula. Dat paste mooi bij ons verhaal.
MV: The Transsylvania Archive bestaat uit drie delen. Het archiefmateriaal van het KGB-onderzoek staat centraal, daarnaast zijn er de cadeaus voor partijleiders en dan is er nog de zaak van een van de medewerkers aan het onderzoek: een kunstenaar. Kunstenaars werden aan het onderzoeksteam toegevoegd om de vondsten en resultaten van het onderzoek vast te leggen. Een van die kunstenaars werd gek, zijn verhaal is ook onderdeel van het archief.
Jullie brengen het verhaal vol overtuiging. Wanneer begint de toeschouwer te twijfelen of het allemaal wel klopt wat jullie presenteren?
SS: Voor ons is het altijd een verrassing tot waar mensen het nog geloven en waar ze beginnen te twijfelen. Er zijn altijd mensen die twijfelen, maar de meeste mensen geloven alles!
Echt waar?
SS: Ze geloven alles. Zelfs het verhaal van _The Altai Files_ (een werk dat van 1 juli t/m 4 september 2016 te zien was in het Bonnefantenmuseum in Maastricht, red), over een gebied in Siberië waar regelmatig ruimteafval naar beneden komt. De inwoners beginnen ervan te hallucineren. We hadden ook een keer een project over kevers die kunnen transformeren in euromunten. Ook dat werd geloofd.
Jullie projecten laten zien hoe goedgelovig mensen kunnen zijn.
MV: Ja, we doen ons best om mensen te verleiden, om zich in onze projecten te verdiepen en zich mee te laten voeren door onze verhalen. Maar we bouwen ook punten in die overduidelijk niet waar zijn, waar mensen wel moeten gaan twijfelen.
Jullie gaan daarin best ver. Dat er lichaamsdelen van de verschrikkelijke sneeuwman als relatiegeschenk werden weggeven is toch behoorlijk vergezocht.
SS: Ja, dat is vreemd, maar doordat we niet aangeven wat waar is en wat niet, gaan mensen heel ver mee in onze verhalen. Dat zie je in het echte leven trouwens ook steeds meer gebeuren.
MV: In Rusland zijn er de afgelopen jaren veel nieuwe musea bijgekomen. In Sint-Petersburg heb je nu bijvoorbeeld een museum over Raspoetin, de rondreizende monnik die vlak voor de revolutie geestelijk leidsman werd van de Tsarina. Hij werd vermoord door de adel die in hem een gevaar voor het voortbestaan van het Keizerlijke Rusland zagen. In dat museum staat nu een vitrine waarin zijn penis tentoongesteld wordt - Raspoetin stond bekend als vrouwenverleider. Iedereen weet dat zijn lichaam meteen na de moord in het water werd gedumpt. Maar mensen geloven toch dat zijn penis daar ligt!
Komt daar het idee van de ledenmaten van de Yeti vandaan?
MV: Ja, we spelen met dit soort fenomenen. Mensen stellen zich geen vragen: ze kijken en accepteren wat ze zien als waarheid. Dat vinden wij interessant.
SS: Wij komen uit Rusland, een land waar archieven vaak gesloten blijven, met als gevolg dat mensen van alles wijs gemaakt kan worden over de geschiedenis. Zoals altijd in ons werk zitten er verschillende lagen in dit project. Een belangrijk thema is dit keer de relatie tussen de kunstenaar en de macht. Over het collaboreren met de macht. Als kunstenaar in Rusland moest je in de Sovjettijd kiezen, of je ging voor het regime werken, of je ging ondergronds. Dat laatste hebben wij gedaan. De meeste kunstenaars kozen voor de officiële weg en wij hebben ons altijd afgevraagd wat dat betekent voor een kunstenaar. Er waren ook kunstenaars die overdag voor het regime werkten en in hun vrije tijd nog een autonome praktijk probeerden te onderhouden. Dat is eigenlijk ondoenlijk, je verliest als kunstenaar langzaam je ziel.
MV: Ons personage is zo'n kunstenaar die voor het regime werkt, voor de KGB in dit geval. Hij is deel van de machine geworden. Hij realiseert zich dat hij medeplichtig is geworden aan de misdaden tegen de Yeti; dat hij bloed aan zijn handen heeft. Daarom wordt hij gek.
SS: In Rusland kent die relatie tussen kunstenaars en de macht een lange traditie. Wij vragen ons af of dit thema hier in Nederland wel wordt begrepen. Kunstenaars hebben er hier nooit op die manier mee te maken gehad.
Interview: Lotte Haagsma